Adembenemend - Reisverslag uit Doesjanbe, Tajikistan van annehanneke - WaarBenJij.nu Adembenemend - Reisverslag uit Doesjanbe, Tajikistan van annehanneke - WaarBenJij.nu

Adembenemend

Door: annehanneke

Blijf op de hoogte en volg

04 Juli 2009 | Tajikistan, Doesjanbe

Rond 8 uur waren we bij de grens van Oezbekistan, die we zonder problemen konden passeren. We fietsen de grenspost van Tadzjikistan bijna voorbij. Er stonden een paar oude houten keten en verder was er niets. Ook hier konden we zonder problemen verder.
We fietsen een prachtig landschap binnen. Zonnebloem velden, met op de achtergrond wit besneeuwde bergtoppen stralend in de zon. De weg was in een keer veranderd van asfaltweg in een smalle weg die bestond uit keien, zand en stukken oud asfalt, terwijl dit wel de hoofdweg naar Dushanbe ,de hoofdstad van Tadzjikistan is.
Je hoorde de kinderen eerder “hello hello”roepen voordat je ze zag. Sommige kinderen fietsen mee en kletsten de oren van je hoofd en kinderen op ezels galoppeerden naast ons. De volwassenen reageerden enthousiast als we zwaaiden of gedag zeiden. De vrouwen dragen veel spullen op hun hoofd en dragen kleurrijke jurken met broeken eronder. Bijna alle vrouwen hebben een bijpassende gekleurde hoofddoek om. Veel mannen dragen een speciaal vierkantig hoedje met daarbij soms een lange stofjas en hun broek in leren laarzen gestoken. Leuk om de verschillen weer te zien.
Na 65 kilometer vroegen we bij een groepje mannen of zij een plek voor de tent wisten. Een oudere man bood direct zijn tuin aan en zo werd gezegd het was niet ver. Na zeker 1 ½ kilometer lopen over een grindpad de fietsen duwend kwamen we bij een prachtig plekje. Vanuit de tuin keken we zo naar de bergen en we stonden helemaal vrij. Prachtig dus.
De hoofdweg werd er eerder slechter dan beter op. Het klimwerk kon beginnen. Stevige onverharde klimmetjes, prachtige uitzichten en na ieder bocht weer een nieuw plaatje. Het landschap was onbeschrijfelijk mooi. Het waren stuk voor stuk ravensberger puzzel voorbeelden. Na 53 kilometer mochten we de tent neerzetten op het land van een boer met zijn gezin. We werden helemaal verwend met water om ons te wassen, gegiste yoghurt met brood en een heus tafelkleed. Heel gastvrij weer.
Na het ontbijt begon een nieuwe fietstocht. Bij een meisje konden we fruit kopen. Zij zat met een paar gevulde emmers met pruimen en abrikozen te wachten op een mogelijke koper. Voor 1 somani (17 eurocent) hadden we een zak vol. Altijd weer een heerlijk tussendoortje.
De weg ging voornamelijk omhoog. Er zaten steile korte klimmen bij, maar de laatste 10 kilometer voor onze stop waren heel steil. We klommen zo'n honderd meter in iets meer dan een kilometer. Heel pittig dus. We hadden geluk dat de weg goed was. Bijna de hele weg had nieuw asfalt. Er wordt druk gewerkt aan de weg door een Chinese firma. We hebben de tent aan de kant van de weg in een grasveldje gezet langs de rivier. Met water uit de rivier konden we ons wassen. Wat nog wel erg spannend was of we nu naar de Anzobpas of de tunnel fietsten. Onderweg kregen we verschillende reacties en antwoorden. De volgende dag wisten we het. We reden naar de tunnel. De verhalen over de tunnel waren niet best. De tunnel is in de sovjet tijd gebouwd en nooit afgemaakt. Hij zou onverlicht zijn, vol staan met water en 5 kilometer lang zijn. We konden ons daarbij een voorstelling maken van de weg, dus het was uitgesloten dat we daar door heen zouden fietsen. Toen we dan ook een vrachtwagen met mijnwerkers zagen vroegen we of de chauffeur ons niet wilde rijden. Toen we hem 10 somani lieten zien zei hij dat hij het voor 20 somani wel wilde doen. De spullen en de fietsen werden in de oude vrachtwagen getild en daar gingen we. Eerst werden de mijnwerkers naar boven gereden langs een super smal pad. Anne zat achterin met zijn ogen dicht en Hanneke zat voorin te loeren naar de lampjes op het dashboard die steeds gingen knipperen. Uiteindelijk kwamen we na de nodige hobbels bij de tunnel aan waar de chauffeur ons er uit wilde zetten. Na veel heen en weer gepraat, handgebaren en uiteindelijk nogmaals 10 somani wilde hij ons naar de andere kant van de tunnel brengen. De tunnel was zo goed als onverlicht, er stond inderdaad op sommige plekken 30 centimeter water in en de weg zat vol kuilen en gaten. Wij hobbelden 5 kilometer lang en waren dan ook blij dat we na een half uur de bergen zagen.
De afdaling was mooi, er lag nog wat sneeuw en we hadden prachtige vergezichten. Het was tot aan Dushanbe bijna één grote afdaling van ongeveer 80 kilometer.
Eenmaal in Dushanbe aangekomen hadden we snel een hotel gevonden. Een oud, voormalig Russisch hotel. Heel sfeervol met een balkon met zicht op een park met terrassen. Erg leuk.
Na het ontbijt hebben we eerst nog even de Chinese uitnodigingsbrief afgedrukt en daarna zijn we met de trolley naar de Chinese ambassade gegaan. Dit ging heel gemakkelijk. Bij de ambassade hoefden we maar even te wachten en we mochten vervolgens door lopen. Na het afgeven van de papieren kregen we een waar kruisverhoor. Allemaal vragen waar we gelukkig snel antwoord op konden geven. Na een spannend kwartier, de brieven werden op de komma nauwkeurig gelezen, werd ons gezegd dat ze de aanvraag voor een visum zouden voorleggen aan de consul en dat we over 10 dagen mochten langskomen of konden bellen. Blijkbaar waren de brieven en antwoorden zo dat alles wel geloofwaardig over kwam. Bij de ambassade ontmoetten we een Amerikaan die al 2 ½ week op zijn visum wachtte en ons vertelde dat er op het moment onlusten zijn in China. Dit bericht en de wachttijd van 10 dagen zijn voor ons erg ongunstig. We zouden hierdoor terug moeten vliegen vanuit een andere grote plaats, 5 tot 7 dagen kwijt zijn en de fietstocht echt moeten onderbreken. Kortom we zien zoals we er nu over denken waarschijnlijk af van een visumaanvraag in Dunshanbe. Jammer maar helaas. Op de terugweg hebben we contact gezocht met een medewerker van Stantours voor ons permit voor de Pamir Hway. Het origineel werd keurig naar het hotel gebracht. Na een kop koffie is Hanneke gaan internetten, foto's gaan branden en een extra memorykaart voor de camera gezocht en gevonden. 's Middags met Anne een kapper opgezocht. In de warmte en tijdens het fietsen wilde Hanneke haar haar nog korter hebben. De wat hoerige dames vonden het wel wat raar maar hebben er een lekker “snel” hoofd van geknipt. Dit kan alleen maar gunstig zijn in de bergen een beetje snelheid. 's Avonds op een terras tegenover het hotel heerlijk gegeten. De tassen staan weer gevuld en wel klaar voor het volgende stuk.

We reden makkelijk de stad uit. De weg was de eerste 30 kilometer redelijk vlak. Daarna moesten we klimmen. Na 40 kilometer kwamen we bij een politiepost. Zij hoefden de paspoorten niet te zien, maar de agenten wilden dat we onze kaart lieten zien. We snapten er eerst niets van. Ze hadden het erover dat we niet door mochten via de hoofdweg, maar dat we af moesten slaan en dan op een andere manier naar de Pamir Hway konden komen. Wij bleven herhalen dat we gewoon rechtdoor wilden gaan en in de plaats 10 kilometer verderop wel zouden bellen om te horen wat er nu aan de hand was. Zij hielden voet bij stuk en werden zelfs een beetje boos. “Zij konden er ook niets aan doen dat er problemen waren. “Na een tijdje kwam er iemand aanrijden die Engels sprak. Wat bleek de weg was een stuk verderop afgesloten in verband met spanningen tussen bepaalde groepen , een politiek onrustig gebied. We moesten inderdaad een andere weg nemen. De Engelssprekende man verzekerde ons dat het een goed te rijden weg was.
Het was een mooie weg, langs wat dorpjes en met behoorlijke klimmetjes. Het was erg warm en het ging zeker niet van zelf. Gaandeweg het traject kregen we er een minder goed gevoel over. Op de kaart leken een aantal wegen onverharde tracks en bovendien kregen we verschillende berichten over de afstanden. We besloten uiteindelijk na 50 kilometer om te keren en terug te gaan naar de hoofdweg. Dan maar weer verder zien wat we moesten doen. Toen we net een paar honderd meter terug fietsten kwamen we een drietal fietsers tegen die we in de ochtend ook al een paar keer hadden gezien, maar sinds de bewuste afslag niet meer. Zij bleken een meer gedetailleerde kaart te hebben zodat we de wegen goed konden zien, er een foto van konden maken en er weer vertrouwen in kregen. Van hen hoorden we ook dat de weg meer wordt gebruikt en goed te fietsen is. We draaiden alsnog om. Na een paar kilometers hebben we een plek gezocht voor de tent. We vonden het mooi geweest voor deze dag.
Afgelopen nacht heeft het enorm gestormd. De tent kreeg de volle laag en hield zich gelukkig goed, maar Hanneke had er helemaal slecht door geslapen. Ook bij het opbreken van de tent raasde de wind nog tussen de heuvels door. De eerste 30 kilometers moesten we klimmen. Het was vanaf half 10 al erg warm. Het kostte ons dan ook veel energie om tot 1500 meter te klimmen. Daarna hadden we een mooie afdaling tot Nurek. Opnieuw moest er geklommen worden. Toen we een koffie stop namen vertelde een man hoe het volgende traject eruit zou zien qua klimmen (de eerste 10 km) en dalen en dat hij door de tunnel was gekomen. Eenmaal weer op weg zagen we een wegafsluiting en een weg die steil omhoog liep. Er kwamen mensen naar ons toe en vertelden ons dat de tunnel nog niet klaar was maar voor voetgangers en fietsers al te gebruiken was. We kozen voor de tunnel. Het bleek een goede keus. De weg steeg gematigd en we konden de fietsen gelukkig redelijk makkelijk onder slagbomen en andere wegafsluitingen krijgen. De tunnel bleek ruim 2 kilometer lang, verlicht en zonder auto's. Toen we uit de tunnel kwamen hadden we mooi zicht op een prachtig blauwe rivier met bergen op de achtergrond. De volgende kilometers waren pittig. Het was inmiddels 40 graden, midden op de dag geen zuchtje wind en klimmen geblazen. We namen veel rustpauzes. Zoals de man had gezegd was de klim inderdaad 10 kilometer en daarna konden we afdalen tot Dangara. Daar hadden we redelijk snel een plek gevonden voor de tent, alleen wel erg dicht op allerlei families. We besloten alsnog verder te gaan en kwamen bij een boomgaard terecht voor een fabriek. Erg hobbelig, maar de matjes konden dat gelukkig voldoende opvangen. Een oudere man kwam ons fruit brengen wat hij even daarvoor had geplukt. Heel aardig.

De volgende morgen was het al warm toen we rond 7 uur vertrokken. Het feit dat we zo laag zitten is niet gunstig. Als we de andere weg hadden kunnen fietsen , wat gepland was, waren we niet onder de 1200 meter gekomen. We hadden beiden last van de warmte in combinatie met het fietsen en het klimmen.
Na 85 kilometer kwamen we in Kulyab aan. Er bleek een hotel te zijn. We namen het ervan. Het leek een luxe hotel, maar al gauw merkten we dat de mankementen heel “Tadzjieks” werden opgelost. Een airconditioning en een koelkast die hetzelfde stopcontact moesten gebruiken. Je doet de airco aan en zet je fles ervoor, dan heb je de koelkast niet nodig. De douche die niet warm wordt, dan douche je aan het eind van de gang in een lege hotelkamer waar de douche wel werkt. Een toilet die je alleen door kan spoelen als de pomp aan is die het water omhoog pompt, o.k. dan houd je het gewoon op. Heel speciaal dus.
's Ochtends zaten we al vroeg op de fiets om de warmte voor te zijn. Dit bleek niet te lukken. Het was direct al warm en benauwd. Nadat we het dorp uit waren gefietst begon de klim naar zo bleek later 1900 meter. Na 25 kilometer, we zaten inmiddels op 1300 meter hielden we het voor gezien en liften we mee met een truck. Anne ging achter in de laadbak met meel balen en Hanneke kon in de cabine erbij. Op de pas werden we eruit gezet bij de controle post. We kregen het even benauwd toen er gevraagd werd om registratieformulieren. Bij de douane had de beambte namelijk gezegd dat het registreren na 3 dagen voor toeristen niet meer hoeft. Gelukkig bleek de man ons permit voor de Pamir Hway te bedoelen. Aan het eind vroeg hij nog wel even om een donatie. Daarbij hield hij zijn notitieboek omhoog en zagen we geld biljetten liggen. We hielden ons lekker van de domme en zijn op de fiets gestapt. Onderweg zagen we een familie gezellig “spelen” met koeienmest. De hele familie was mest aan het kneden en ze vermengden het met stro tot dikke pannenkoeken. Zij gebruiken deze gedroogde koeken als brandstof voor oventjes. Het was een vermakelijk gezicht. Hanneke maakte nog wat foto's wat tot grote hilariteit zorgde. Daarna hebben we een plek gezocht voor de tent bij de rivier. We konden ons er prima wassen en we stonden lekker vrij. Toen we na het eten koken, het eten en het water filteren klaar zaten voor de koffie zag Anne 3 soldaten met geweren naar ons toe komen lopen. Uit hun verhaal maakten we op dat we er niet mochten staan. We moesten opbreken want we stonden op de grens van Afghanistan en Tadzjikistan. Verboden gebied dus. Het was inmiddels aan het schemeren.. Binnen een kwartier hadden we alles ingepakt en liepen we met de fietsen richting dorp. We voelden ons er niet prettig bij en toen we bij het huis waar we thee hadden gedronken kwamen zorgden we dat de man ons hoorde. We vroegen of we bij hem mochten slapen, maar hij hield zich wat afzijdig. Wij moesten mee met de soldaten. De fietsen duwden we verder door het grint en de kiezels tot we bij het kampement waren van de soldaten. Hekken werden open gemaakt en we voelden ons echt “gearresteerd”. Onze namen werden gevraagd, de paspoorten werden uitgebreid bekeken en er werd druk getelefoneerd. Uiteindelijk hoorden we opeens de stem van de man waar we thee hadden gedronken die zei; “jullie mogen bij ons slapen” .Wat een opluchting! We mochten op het bed buiten slapen en hoefden de tent dus niet meer op te zetten. We werden al vroeg gewekt door met name een ezel die iedere keer te pas en te onpas balkte. Het ontbijt sloegen we af. We fietsen een klein stukje verder en maakten ons eigen ontbijt. Opeens was er paniek: de portemonnee met visa kaart en Pamir permit erin werd gemist. “Verloren, gepikt? Bij het inpakken of bij het laten zien van de paspoorten? “De enige andere mogelijkheid zou zijn dat hij nog in de de binnen tent zou zitten. Snel hebben we alles uitgepakt en ja hoor daar was de portemonnee.
Tadzjikistan heeft bij ons al de naam : “emotiestan”. Tot nu toe zijn er iedere dag al voorvallen geweest die voor veel spanning zorgden,achteraf leuk, maar...
Na het vreugde dansje om de gevonden portemonnee gingen we op pad. Het was zoals iedere dag direct weer heel warm en we mochten direct de benen gebruiken. De weg was één grote kiezel- en gravelweg met hellingen van 12 % en meer.
We zaten er dan ook na 30 kilometer en 5 uur fietsen behoorlijk doorheen. We wilden maar op zoek naar een plek waar we zouden kunnen overnachten eventueel alleen in de slaapzak en zonder tent. Nog één poging deden we om toch nog iets verder te komen en ja hoor daar waren mensen en huizen. We mochten de tent neerzetten bij een kleine uitspanning onder de bomen.
Na een prima nacht zaten we om 7 uur op de fiets. Niet voor lang want we moesten een riviertje over steken. De brug was stuk en er was nog geen nieuwe. Anne bracht de eerste fiets over . De fiets van Hanneke werd op een watertankauto gezet. Anne klom erbij en daar gingen ze. Door het water en daarna direct een steile grint helling op. Na deze actie kwam 500 meter verder het volgende: we moesten onder een waterval door fietsen. We deden onze regenkleding aan en zo fietsen we er onder door. Na weer 500 meter kwamen er een paar hele steile hellingen met losse keien en grint. We moesten de fietsen trekkend en duwend omhoog krijgen. Het was bijna niet te doen. Toen er dan ook een truck aan kwam en ons wel mee wilde nemen vonden we dat een cadeautje. De fietsen werden in de vrachtwagen geladen en wij mochten voorin. Helemaal goed. Het is onvoorstelbaar dat vrachtwagens deze rit kunnen maken. Zulke smalle onverharde bergweggetjes , bruggen die stuk zijn waardoor zij door het water moeten en hele steile hellingen. Ongelooflijk. Daarna werden we er in Kailaikhum uitgezet en pakken we de geplande weg weer op. De omweg van 390 kilometer hebben we goed doorstaan. De weg bleek 173 kilometer langer te zijn dan de andere weg waarvan we er uiteindelijk maar 85 kilometer niet zelf hebben gefietst. Niet gek dus. De tent hebben we neer kunnen zetten bij een familie in de tuin. We wilden echt een beetje een rustdag houden, maar daar kwam niets van. De kinderen bleven rond de tent struinen, praten en aandacht vragen. Tot slot zijn we vroeg de tent in gegaan voor een beetje privacy. Dat blijft toch wel wat lastig.

Om 6 uur zaten we op de fiets.
De weg was prachtig echt adembenemend. Prachtige bergen, zicht op het leven van de mensen en het landschap van Afghanistan,aan de overkant van de rivier. en iedere keer weer een ander mooi plaatje. We bleven de rivier volgen. De weg was beduidend beter dan het vorige traject. In de dorpjes waar we door heen kwamen stonden kinderen met bordjes fruit om deze te verkopen. Wij kochten honing vers van de imker en pruimen. Heerlijk! Gaandeweg de dag werd het heter. Het water uit de bergen komt op sommige plekken als een waterkraan uit de bergwand. We fristen ons regelmatig even op. De laatste 10 kilometer was de weg weer slecht; gravel, oud asfalt en keien ; hierdoor was het behoorlijk inspannend. Deze dag hebben we daarbij veel geklommen. We zitten nu op 1600 meter. Bij een leuk gezin mochten we de tent in de tuin opzetten. De meiden van 21 en 19 jaar hadden er helemaal schik in. De buurt die langs het hek kwam werd even uitgebreid op de hoogte gehouden over wie en hoe oud we waren en wat we gegeten hadden. Prachtig.

Deze dag was wederom een mooie fietstocht door de bergen. Aan de andere kant van de rivier was minder te zien. De smalle weggetjes werden nauwelijks bewandeld en er waren ook minder dorpjes te zien. Wij kwamen zelf wel weer door een aantal dorpjes waar we voorzien werden van een snoer noten en lekkere, abrikozen. Tijdens de lunchstop kwam een man verse peulen brengen. Ook weer heel aardig. Na 65 kilometer wilden wij het wel voor gezien houden. De tent mochten we neerzetten naast een huis met tegenover het huis een groente tuin. Toen we de tent aan het opzetten waren begon het te waaien en kwamen de meiden erbij zitten. De plek leek vanaf dat moment een minder goede keuze. We hebben dan ook alles weer ingepakt, hebben wat groente en brood gekocht en zijn vervolgens doorgereden. Dat viel even niet mee. Gelukkig vonden we snel een betere plek voor de tent op een akker bij een jonge knul. Het was direct goed. Hij kwam nog abrikozen brengen en liet “toet toet”vruchten (moerbei) proeven. Ook nu begon het behoorlijk te waaien en hebben we de tent nog en keer moeten verzetten. Na een lekkere rijstmaaltijd, met gekregen doperwten, lente-ui, en abrikozen zijn we vroeg gaan slapen. De fietsdagen zijn zeer inspannend.
Anne had nauwelijks geslapen. Hij had veel jeuk door de vele muggenbulten. Niet prettig dus. De fietstocht was nog mooier dan de vorige twee dagen. We kwamen een aantal keren door valleien waar allemaal gewassen in vakken stonden. Alles zag er fris en groen uit. Op de achtergrond de bergen, sommige met witte toppen en de rivier die heel vlak was vandaag. Een plaatje iedere keer weer. We hoefden vandaag niet veel te klimmen. Dat was voor Anne wel zo lekker. Tussen de middag hebben we ons echt even neergeven en een langere stop genomen. Daarna zo hadden we besloten zouden we een slaapplaats zoeken. Dan maar wat minder kilometers op een dag. Na 57 kilometer konden we onze tent neerzetten in een abrikozen boomgaard. De familie kwam even kijken en daarna hadden we het rijk alleen. Heerlijk!

Toen we midden in de nacht wakker werden om naar het toilet te gaan stond Anne met zijn voeten in het water. Wat bleek, we stonden op een stukje grond waar 's Nachts wordt geïrrigeerd. We konden niets doen en lieten het maar gebeuren. Gelukkig viel het de volgende morgen allemaal mee. Er was wat water onder de tent gelopen maar verder was alles droog gebleven. Het was helemaal lekker koud toen we begonnen met fietsen en we zagen de dorpen echt ontwaken. We reden samen met de geiten en schapen het dorp uit. Het was een drukte van belang. We hadden er al snel 25 kilometer opzitten en zijn in de zon met zicht op de bergen koffie gaan drinken. Een klein vliegtuigje verraadde al dat we dicht bij Khorog waren. We fietsten langs de landingsbaan de stad in. De stad bleek klein. Een guesthouse of hotel was niet zo makkelijk te vinden, maar uiteindelijk is het ons gelukt. We blijven ons verbazen dat we dan toch bepaalde verwachtingen hebben van zo'n plaats en dit dan niet klopt. Je denkt er komen toch heel wat toeristen e.d, maar uiteindelijk blijft het ook nu weer Centraal Azië. 's Middags hebben we de boodschappen gedaan voor de komende dagen. De afgelopen periode hebben we onderweg niet echt veel kunnen kopen, dus we wilden de basis dingen meenemen. Morgen blijven we nog een dagje om te relaxen en dan gaan we aan het grote avontuur beginnen; de Pamir Hiway.
De plannen hebben we omgegooid. De kamer was toch minder prettig dan we hadden verwacht, bovendien hadden we alles gedaan wat we wilden doen. Alsnog verkassen dat wilden we niet, dus we zijn toch gaan fietsen zij het wat later dan normaal. We zijn eerst rustig opgestaan en daarna hebben we uitgebreid ontbeten in het restaurant naast ons.
Om 11 uur fietsten we Khorog uit via een hele steile weg omhoog. Een prachtige tocht volgde. De weg was geasfalteerd, steeg gematigd en was heel rustig qua auto's. We hadden veel te zien en fietsten toch nog 40 kilometer. Op een mooie groene wei waar twee geiten graasden mochten we de tent opzetten. We hadden zicht op de bergen, een gletsjerstroom, veel groen en niet te vergeten de twee geiten. De aangrenzende families kwamen even kijken en lieten ons verder alleen. Helemaal goed dus. We zitten inmiddels op iets meer dan 2500 meter, dus de truien kunnen weer aan.
Vanmorgen stonden we gelijk op met de geiten. Na het ontbijt stond ons weer een schitterende fietstocht te wachten. De omgeving was heel groen en kleurrijk. De bergen schitterende in de zon. We klommen geleidelijk naar 3100 meter. De temperatuur was goed en we genoten dan ook volop. De koffie stop en de lunch hebben we genomen in een prachtige bloemenwei met uitzicht op de bergen en de rivier.

Het was werkelijk onbeschrijfelijk mooi. Na 61 kilometer hebben we de tent neergezet in een dorp op een stukje grond waar wilde bloemen groeien. Af en toe kwam er even iemand kijken. De achter buurvrouw kwam nog thee met brood brengen.

Na het ontbijt begonnen we aan de klim naar de 4200 meter. Het was net als de vorige dagen een aaneenschakeling van mooie beelden. Toen we even voor een huis stil stonden werden we uitgenodigd om binnen te kijken. We wisten dat een traditioneel Pamir huis volgens bepaalde principes gebouwd en ingericht wordt. Eenmaal binnen bleek alles te kloppen inclusief de foto's die er zouden moeten hangen. Aan de buitenkant hadden we zo'n binnenkant nooit verwacht. Erg speciaal. Onderweg zagen we de eerste yak en yurt. De yurt stond jammer genoeg te ver weg om binnen te kunnen kijken. Dat komt vast nog. Na 40 kilometer begonnen we zonder dat we het in de gaten hadden aan de pas. Het werd een gravelweg van 12 % niet gemakkelijk dus. We moesten klimmen tot 4250. De wind hielp ons een beetje op weg. Na de top zijn we een plek gaan zoeken voor de tent. Dat viel niet mee op de hoogvlakte. Achter een soort verhoogde uitstulping in de weg konden we onze tent net kwijt. Het is inmiddels best fris. We hebben ons nog wel even gewassen, maar je merkt dat dat een stukje minder comfortabel is nu we hoger zitten.
Het was een koude nacht , we hebben de warme spullen niet voor niets de berg op gesjouwd. Toen we opstonden scheen de zon en konden we er ons aan opwarmen. Het eerste stuk was pittig. We moesten klimmen over een gravelweg tot 4285 meter. Daarna volgden we de gravelweg hotsend en kotsend. Na 20 kilometer zagen we vanaf de weg een yurt. We zijn er brutaal op afgestapt en werden hartelijk ontvangen. We mochten in de yurt kijken en kregen thee, brood en yoghurt aangeboden. Hun eigen activiteiten gingen gewoon door. De vrouw des huizes was bezig met het verstellen van een broek op een handnaaimachine en de dochters waren aan het karnen. De yurt was van binnen prachtig om te zien. Het houten frame, de vilten doeken, geweven banden die alles op zijn plaats hielden, kleurige matrassen, een potkachel en de lichtkoepel in het midden. Heel speciaal. Na een uurtje zijn we weer verder gefietst

We fietsten over de hoogvlakte. Prachtig. De wind was er soms opeens heel sterk en soms helemaal niet. De temperaturen wisselden dan ook enorm. Deze dag hadden zowel Anne als Hanneke last van de hoogte; kortademigheid en hoofdpijn. We zijn beiden pillen gaan slikken uit voorzorg. Na 63 mooie kilometers kwamen we in Alichur,een klein dorp aan waar gelukkig een paar kleine winkeltjes waren waar we onze voorraad weer op peil konden brengen. We waren blij dat bewoners ons naar de verschillende winkeltjes wilden brengen want de winkels waren onherkenbaar en op slot. De inhoud van de winkeltjes was heel basic. Al met al kunnen we weer een paar dagen vooruit. Aan het eind van het dorp stond een yurt. Deze wordt ook wel gebruikt als slaapplek voor toeristen. Vannacht slapen wij zowaar in een yurt. Heel bijzonder dus. 's Avonds hebben we gebakken aardappelen en tomatensalade gegeten. Toen we terug kwamen in de yurt lag het bed klaar en de potkachel was aan. Na een heerlijke nacht besloten we om een dag te blijven. We hebben wat onderhoud aan de fietsen gedaan en heerlijk genoten van alles wat er in het dorpje gebeurde. Het was erg lekker om even te rusten. S'middags zijn we een wandeling door het dorp gaan maken en kwamen we in contact met een student engels. Hij nam ons mee naar de moskee, die ook in de vorm van een yurt was gebouwd en daarna naar het huis van zijn broer voor thee met de zaken die daar bij horen zoals yoghurt, brood en koekjes. We konden veel informatie uitwisselen en het was gezellig. Morgen gaan we weer verder richting Murghab.

Toen we onze fietsen aan het optuigen waren kwamen er vier franse fietsers langs die we al eerder ontmoet hadden in Dushanbe. Na een kort praatje gingen we ontbijten om vervolgens aan een nieuwe mooie fietstocht te beginnen. Het traject was prachtig. Niet heel veel klimmen en dalen, maar ieder klimmetje merkte je wel direct. De ijle lucht en daarbij een kleine inspanning geeft toch maar een raar gevoel dat je adem te kort komt. De landschappen veranderde regelmatig. Hele groene hoogvlaktes waar we Yaks zagen grazen en waar yurts stonden, maar ook kale vlaktes met hoge bergen. Het straalde een grote verlatenheid uit. Letterlijk adembenemend.

Na 65 prachtige kilometers vonden we water en een mooi plekje voor de tent. De wisseling van temperaturen is wel wennen. Het ene moment is het echt warm en het andere moment moet je iets aantrekken omdat de zon achter de wolken is en de wind gewoon koud is op 4000 meter. Vanavond kunnen we weer lekker zelf koken; spaghetti. Toen we net klaar waren met eten en de afwas deden hoorden we buiten de tent iemand fluiten. Het bleek een jonge knul te zijn die nieuwsgierig was. We hebben hem de tent laten zien en kregen een uitnodiging om mee te gaan naar zijn huis 1 km verderop. Dit leek ons geen goed plan. Alle spullen onbeheerd achter laten en bovendien wilden we vroeg gaan slapen. Hij ging weg. Om acht uur hoorden we hetzelfde fluitje. De jongen was terug gekomen met een vriendje om spullen te brengen voor het ontbijt voor de volgende dag. Brood, boter, yoghurt, kaasballen en een haarspeld. Heel lief. We hebben hem hartelijk bedankt en zijn gaan slapen. Tijdens ons ontbijt kwam hij met zijn geiten en vriendje nog even langs om gedag te zeggen. De fietstocht tot Murgab was weer prachtig. Veel leegheid en ruige bergen. We kwamen nog een aantal herders met geiten en schapen tegen. De oudere mannen hebben hier vaak prachtige grappige witte vilten hoeden op met zwarte geborduurde patronen. Het ziet er erg koddig uit.
Na 46 kilometer zagen we Murgab al liggen in een dal. Na wat zoeken hebben we een kamer genomen in een guesthouse waar ook een aantal andere fietsers zaten, een soort cycle tours hostel dus, niet echt iets wat wij leuk vinden maar er is ook hier weinig keus in accommodatie. Eerst hebben we een lekkere warme “douche” genomen. Op het erf werd een grote ketel water verwarmd in een schuurtje waar ook een ketel koud water staat. In een teil kon je het water mengen en lekker badderen. In een ander schuurtje is een gat met een paar houten planken. Dat was de w.c. Simpel maar doeltreffend. Na de lunch zijn we de bazaar gaan bekijken. Heel speciaal en bizar. De marktkramen waren oude caravans, zeecontainers, treinstellen, vrachtauto laadbakken en wat je maar niet kunt verzinnen. De straat zag er dan ook niet uit; allemaal soorten blik waar van alles verkocht wordt. We konden er een deel van de boodschappen doen.
De volgende dag heeft Hanneke de was gedaan en daarna zijn we nogmaals naar de bazaar gegaan. We konden zowaar verse groente en fruit kopen bij één stal. Helemaal mooi. Verder zijn we goed geslaagd en hebben we weer een ruime voorraad voor de komende dagen aan kunnen leggen. We keken onze ogen uit op de markt. De rest van de dag hebben we lekker gerelaxt; de foto's bewerkt, gelezen en een ommetje gemaakt in het bijzondere uit de kluiten gegroeide dorp. We mochten het keukentje in een kleine schuur op het erf gebruiken en hebben gebakken aardappelen en doperwten gemaakt met verse tomaten komkommer salade. Heerlijk! Morgen gaan we weer verder richting Osh; het eindpunt van de Pamir Hiway.
Vanochtend zijn we eerst naar een gebouwtje gegaan van ACTED gegaan om te kunnen internetten. De afgelopen periode hadden we geen bereik dus we wilden even checken of alles goed was thuis en een kort berichtje sturen om te laten weten dat bij ons ook alles goed was. Daarna zijn we door gefietst. In eerste instantie zouden we kijken of we eventueel bij een meer nog een dag zouden kunnen blijven ongeveer 30 kilometer van de weg af. Eenmaal bij de splitsing aangekomen werden we gek van de muggen. Het plan lieten we varen en fietsten verder Onderweg zagen we weer mooie mensen. Een Kirgizisch mannetje met zijn ezel helemaal in vol ornaat met jas, sjerp, muts en leren laarzen. We maakten een praatje met hem, we verstonden hem natuurlijk totaal niet, maar hij ratelde maar door. Hij en wij hadden dikke pret. Hij kreeg Hanneke nog zover dat ze op zijn ezel op de foto ging. Vervolgens zagen we een heel gezin van zo'n 5 personen op een oude motor met zijspan zwaaiend voorbij komen. Vader had een mooie Kirgizisch muts op. Prachtig! Toen we een plek voor de tent zochten kwamen twee Kirgizische mannetjes ons tegemoet. Ze waren benieuwd naar allerlei spullen op de fiets en ook de fotocamera werd goed bekeken of er geen foto uit kwam. Het landschap was daarbij ook weer heel mooi. Kortom genieten dus. Op de dag zijn er misschien 10 auto's of andere voertuigen voorbij gekomen. Wat een verlatenheid! Aan het eind van de dag begon het behoorlijk te waaien. Het was daardoor moeilijk om een plekje voor de tent te vinden. Uiteindelijk konden we hem neerzetten achter een hoop stenen en kiezels. Hebben we toch wat beschutting.

Vanmorgen zijn we rustig aan opgestaan. Daarna dachten we een makkelijke fietstocht te krijgen. Het bleek anders te gaan . Al snel begon het te waaien en te stormen. We hadden de wind pal tegen en daarbij moest er geklommen worden naar een pas van 4655 meter. Als de richting van de weg iets veranderde draaide de wind mee. We haalden een gemiddelde van 7 kilometer per uur. Het landschap was open, kaal, verlaten met ruige bergen op de achtergrond. We passeerden nog een verlaten dorp maar verder was er helemaal niets. We reden een tijdje langs de Chinese grens. Een moderne variant op de Chinese muur. Houten palen met prikkeldraad er tussen. China was heel dichtbij en toch moesten wij door. Na 34 kilometer waren we op en hebben we onze tent neergezet. Niet echt op een beschutte plek want die was niet te vinden. Na het eten en de koffie begon het opnieuw te waaien en kregen we sneeuw als toetje.
's Nachts bleef het waaien en sneeuwen. Toen we opstonden scheen de zon gelukkig en was de wind minder geworden. Vol goede moed gingen we op pad. De pas was heftig. Steil ,gravel en boven de 4000 meter; een minder prettige en zeer inspannende combinatie. We fietsten stukjes van 100 meter om vervolgens weer 5 minuten uit te rusten. Het laatste stuk hebben we de fietsen geduwd. Na ruim een uur kwamen we boven aan de pas van 4655 meter. We keken uit op mooie gekleurde bergen en een afdaling. We moesten ons wel inhouden, want de eerste 25 kilometer was het een gravelweg met wasbord. De wind kwam er vervolgens bij en al met al was het zeer inspannend. Hanneke werd op een gegeven moment zelfs van haar fiets geblazen. We dachten even dat we Karakol niet zouden bereiken voor het eind van de middag maar uiteindelijk is het wel gelukt. Na het bekijken van de twee homestays hebben we ons neer gegeven. Al snel bleek dat onze kamer wel erg warm werd. De pijp van de kachel liep er door heen. Na het eten zou de kachel langzaam uit gaan zei de eigenaresse. Na een korte wandeling door het dorp en het vinden van de kleine dorpswinkel aten we in ons homestay; plov. Dat was lekker. We zaten er niet alleen maar met een aantal andere toeristen. Een ervan praatte de oren van ons hoofd. Na een nacht slapen waren we er al gauw achter dat we hier niet wilden blijven. De dag ervoor was een vrouw ons gevolgd naar de winkel om vervolgens haar homestay te laten zien. Dit leek wel wat. We zijn overgegaan en daar ons ontbijt genomen. Zelf lekker koffie en thee gezet en gegeten. We konden ons wassen met warm gemaakt water. Anne op het erf met een heel publiek om zich heen en Hanneke buiten in het opslaghok voor de vachten van de yaks. We voelden ons weer lekker opgefrist. Waar en hoe de mensen dit zelf doen is nog een beetje een vraag. Daarna hebben we het dorp verkend. Het lijkt een heel arm dorp. De huizen zijn van leem, voor de ramen zijn vaak stukken karton getimmerd, enkele huizen zijn via een zonnepaneel voorzien van elektra , er zijn dorpspompen voor de watervoorziening er zijn twee dorpswinkeltjes en verder is er niets. Meer Karakol lag er mooi bij. Een ommetje langs het meer zat er niet in want er waren heel veel muggen. Na de wandeling heeft Hanneke de was gedaan onder het toeziend oog van de vrouw des huizes. Na het doen van de boodschappen hebben we de vrouw gevraagd of zij wel wilde koken voor ons en haar gezin met de spullen die wij gekocht hadden. Het was heerlijk! Gebakken aardappelen met geroerbakte kool. We hebben gezamenlijk gegeten, dat was gezellig. De volgende dag zag de dag er zo'n beetje hetzelfde uit. S'middags hebben we nog in het dorps café gegeten. Een soort soep met gevulde paprika. Best lekker. Toen Hanneke met haar foto's op de computer bezig was kwam de vrouw nog kijken. Zij zag de foto van de horens van een Marco Polo schaap en kwam met een eigen gewei aan zetten en vertelde er een mooi verhaal bij over haar vader die het schaap op de motor had aangereden. Op het strand bij het meer hebben we ook een aantal horens zien liggen. Het vermoeden dat de schapen ondanks een verbod nog regelmatig geslacht en gegeten worden werd bevestigd door de vraag van de vrouw toen we weg gingen. Ze vroeg of we nog Marco Polo vlees wilden eten. Dat deden we maar niet.

Na het ontbijt werden we door de hele familie uitgezwaaid. Het waren gezellige en vooral bijzondere dagen geweest. De tocht rond het meer richting pas was erg mooi. De bergen lagen er prachtig bij en je had er een goed zicht op. De klim tot 4300 meter was best pittig. We hebben de tent net na de pas neergezet. Nog steeds konden we de bergen rond het meer zien.
Na een stormachtige nacht stonden we op met een strak blauwe lucht en een lekker zonnetje. We hoefden nog maar een klein stukje te klimmen en kwamen vervolgens in een dal van waaruit we opnieuw een klim tot 4280 moesten maken. De weg was lastig te fietsen; wasbord, gravel, wind tegen, boven de 4000 meter en klimmen. Eenmaal boven waren we bij de Grenspost van Tadzjikistan. Het bestond uit wat roestige oude olietankers die dienst deden als kantoortje. Na de nodige stempels en een bijdrage voor de slechte weg konden we door. Vaarwel Tadzjikistan!
De Pamir was letterlijk een zeer bijzonder hoogtepunt van onze reis.

We hoefden nog maar een klein stukje te klimmen en waren toen over de pas. Het zag er direct anders uit. Veel groener, veel stromende riviertjes, zij het rood en modderachtig. Na een prachtige afdaling over een slechte gravelweg kwamen langs een homestay waarvan ons verteld was dat ze hele lekkere yak yoghurt hadden. We hebben een bakje geprobeerd en konden er toen weer tegen. We gingen op zoek naar een mooi plekje in Niemandsland voor de tent. We staan op het grondgebied van grote berg marmotten. We horen ze regelmatig piepen en zien ze rechtop zitten. Het zijn mooie grappige nieuwsgierige beesten. Vandaag de eerste regen spetters op de tent gekregen. Het waren er gelukkig niet veel. Morgen is het nog maar een klein stukje naar de grens en dan rijden we Kirgizstan binnen. Spannend weer.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Tajikistan, Doesjanbe

Actief sinds 20 Jan. 2011
Verslag gelezen: 407
Totaal aantal bezoekers 10916

Voorgaande reizen:

05 Juli 2011 - 16 Augustus 2011

fietsen op niveau

23 Maart 2009 - 15 December 2009

the golden road

Landen bezocht: